Jong in Kiev, vijf jaar na Euromaidan

      Oorlog en raven

                                                                                                           © Ksenia Les

This story is part of the multimedia project ‘Kak Dela Kyiv’, of which all videos and texts in English can be found here.

Vijf jaar geleden leidden de Euromaidan-protesten in Kiev tot het aftreden van de toenmalige regering. Vandaag is Oekraïne nog altijd geen lid van de EU en blijft de corruptie tieren. Maar de jeugd heeft wel haar zelfvertrouwen herwonnen. ‘Je kan de vibe vergelijken met die in Berlijn na de val van de Muur.’ 

 

‘Vanuit mijn woonkamer hoorde ik de geweerschoten. Politiek had me nooit geïnteresseerd, maar als het zich voor je deur afspeelt, kun je niet anders dan meedoen.’ Van de flat van modeontwerpster Masja Reva (30) wandel je in nog geen kwartier naar Maidan Nezalezjnosti, het Onafhankelijkheidsplein.

 

De centrale plaats in Kiev, waar het stalinistische Hotel Ukraina en de barokke overwinningszuil elkaar proberen te overbluffen, werd vijf jaar geleden bezet door boze burgers. In de herfst van 2013 had toenmalig president Janoekovitsj besloten de banden met Rusland aan te halen in plaats van het beloofde associatieakkoord met de Europese Unie te ondertekenen. De verontwaardiging was gigantisch: vijf maanden hielden de demonstraties aan. Masja was een van de honderdduizenden die deelnamen aan Euromaidan.

 

‘Eerst observeerde ik hoe demonstranten tentenkampen opzetten, en niet meer naar huis gingen. Maar het duurde niet lang voor ik me verplicht voelde actie te ondernemen. De energie van een mensenmassa die uit het niets iets probeert op te bouwen, trok aan. Het was een intense, emotionele tijd. Mijn vrienden en ik vatten het nog steeds niet helemaal.’

 

De protesten startten als een pro-Europademonstratie, maar sloegen snel om in een publieke aanklacht tegen het corrupte politieke systeem. In het voorjaar van 2014 gaf Janoekovitsj zijn oproerpolitie toestemming om met scherp op opposanten te schieten. Zo’n honderd mensen lieten het leven.

 

Vova Vorotniov (38), een kunstenaar uit het West-Oekraïense mijnstadje Tsjervonograd, zoekt in zijn werk naar de vervagende Sovjetsporen in de samenleving. Tijdens de protesten op Maidan werkte hij als vertaler en fixer voor de BBC. Hij hield er een dubbel gevoel aan over.

 

‘Westerse media plakten er meteen het label “revolutie” op. Een hol begrip, ingegeven door hun eigen agenda. De demonstraties waren deel van een lang proces, dat teruggaat tot aan de Oranjerevolutie in 2004. Sindsdien verwacht een groot aantal Oekraïners dat we ons elk moment bij de Europese Unie aansluiten. Maar Janoekovitsj kwam zijn belofte niet na. Euromaidan ging erom dat we onze toekomst niet door één man en zijn grillen wilden laten bepalen. Maar de gebeurtenissen van 2013-2014 als een startpunt of mentale revolutie bestempelen, is naïef en beledigend. Alsof we daarvoor maar wat aan morrelden.’

 

 

Bubbel

 

Op 22 februari 2014 werd president Janoekovitsj afgezet. Huidig president Porosjenko, die de antiregeringsprotesten vanaf dag één had gesteund, kwam aan de macht. Rusland erkende het nieuwe bewind in Kiev niet. Ook in het oosten en zuiden van Oekraïne, waar het grootste deel van de bevolking Russisch spreekt en zich meer met Rusland identificeert, was niet iedereen opgezet met de machtswissel.

 

Enkele dagen later viel Rusland de Krim binnen en annexeerde het schiereiland. In het oostelijke Donetsbekken brak een conflict uit tussen pro-Russische separatisten, gesteund door het Russische leger, en het Oekraïense leger. Er vielen meer dan 10.000 doden.

 

Vandaag woedt de oorlog in Oost-Oekraïne nog steeds, maar de internationale belangstelling ervoor is verdwenen. In de straten van Kiev verraden enkel de in camouflagekleuren gehulde mannen die koffiedrinken bij een kiosk of vermoeid op de metro wachten – soldaten die terugkeren van of doorreizen naar het front – dat dit een land in oorlog is.

 

De hoofdstedelingen leven in een bubbel, wordt hen weleens verweten. Maar de oorlog houdt hen wel degelijk bezig. ‘Dat we er
niet graag of veel over praten, betekent niet dat we er niet dagelijks aan denken’, zegt een jong koppel in het park. Zonet hebben ze besproken wat de feestopties voor de nacht zijn. Terloops, bij een halfleeg wijnkarton, wordt vermeld dat een oude klasgenoot aan het front gesneuveld is. ‘Net op Facebook gelezen.’

 

De volkswoede van Euromaidan heeft wie jong en Oekraïens is verenigd, zegt Masja, kettingrokend in de keuken van haar appartement. Voor ze haar studio hier inrichtte, woonde ze in Londen, waar ze ook studeerde, Antwerpen, waar ze voor Walter Van Beirendonck werkte, en New York.

 

‘Wat mij van Euromaidan vooral is bijgebleven, is dat één gemeenschappelijk doel zoveel mensen op de been kan brengen’, zegt ze. ‘Vroeger namen we onze nationale identiteit niet zo serieus. We waren zelfs beschaamd om toe te geven dat we Oekraïens waren. Al mijn vrienden wilden naar het buitenland verhuizen. Ook mijn ouders pushten mij om in Londen te blijven. Toen de protesten uitbraken, was ik toevallig op sabbatical in Kiev. Het is dankzij de vele positieve veranderingen om me heen dat ik hier ben gebleven. Na Euromaidan waren mensen opener, meer gemotiveerd om een eigen zaak op te richten. We hebben vandaag zoveel meer coole plekken om naartoe te gaan. Veel mensen die wilden vertrekken, zijn, net zoals ik, gebleven.’

 

Aan de muur van Masja’s woonkamer hangt een reeks waterverfportretten. Verkoopprijs: 250 euro per stuk. ‘Waarschijnlijk zou ik meer verdienen als ik nog in Londen woonde’, zegt Masja. ‘Maar dankzij Instagram maakt het steeds minder uit waar je woont, zolang je werk maar goed is. Ik heb geen spijt van mijn beslissing. De energie van deze stad is uniek.’

 

 

Dat vindt ook dj Jana Woodstock (29). De tengere platinablondine met indringende blik groeide op in het Duitse Hannover. Toen ze op haar veertiende weer naar Kiev verhuisde, had ze het aanvankelijk moeilijk zich aan te passen aan de taal en cultuur van haar geboorteland. ‘Alles was anders: de manier van denken en kijken, het levensgevoel, de humor. In Oekraïne zijn de grappen donkerder, maar dat ligt me wel’, vertelt ze, terwijl ze het steile bergpaadje bij Andreevsky Descent, in het oude stadscentrum, beklimt. Op de top van deze heuvel ligt, verstopt tussen de bomen, een eeuwenoud, heidens kerkhof, een van haar lievelingsplekken in de stad. ‘Als ik van hier uitkijk over de stad, vóél ik Kiev echt. De kracht die ik hier vind, wil ik via mijn muziek tot bij de mensen in de club brengen.’

 

 

Sinds ze elk weekend industriële techno draait op een van Kievs vele undergoundfeesten, beschouwt Jana zichzelf als ‘a real Kyiv girl‘. ‘Duitsland blijft ook mijn thuisland, maar de mensen bevinden er zich in zo’n comfortabele positie dat ze minder moeite doen om echt inventief te zijn. In Kiev is de creatieve drive veel groter. Onze overheid ondersteunt ons niet, dus we doen alles zelf.’

 

‘Een elektronische muziekscene ontwikkelt zich meestal parallel met grote politieke gebeurtenissen. Nadat de Muur was gevallen, draaiden in de jaren negentig in Berlijn de grootste internationale dj’s in clubs als Tresor. De vibe die zich in Kiev sinds Euromaidan ontwikkeld heeft, kun je vergelijken met die periode net na de val van de Muur. Vandaag vragen dj’s van overal ter wereld mij om hier een gig voor hen te regelen.’

 

Internally Displaced Person

 

Theatermaker Anton Romanov (32) had geen kindertijd in het buitenland nodig voor gemengde gevoelens over zijn nationale identiteit. Hij is geboren en getogen op het Oekraïense schiereiland de Krim en draagt sinds de Russische inlijving in 2014 het etiket ‘Internally Displaced Person’. Als organisator van de pro-Euromaidan-optochten op de Krim zag hij zich genoodzaakt te vluchten. ‘Ik besta uit tegenstellingen’, vertelt hij in de repetitieruimte van het PostPlay Theater, op de grens van de snel gentrificerende wijk Podol. ‘Ik ben openlijk homoseksueel, maar opgevoed met de waarden van het orthodoxe christendom, mijn ouders komen uit Rusland, maar ik beschouw mezelf in de eerste plaats een Oekraïner uit de Krim. Daarbovenop maak ik theater dat het establishment als non-theater ziet.’

 

Al die identiteitsaspecten verwerkt Anton in zijn performance Identity Map / Hate Speech. Hoewel Russisch zijn moedertaal is, speelt hij in het Oekraïens. ‘Sinds de Russische tanks op de Krim hebben geclaimd dat ze ons kwamen verlossen van de druk om Oekraïens te spreken, valt het me zwaar me uit te drukken in de taal van de bezetter. Mijn vriend en ik zijn overgeschakeld op het Oekraïens.’

 

Vroeger maakte Anton stukken over de liefde ‘en andere naïeve onderwerpen’. Maar dat soort verhalen past niet meer bij zijn realiteit. De stukken die hij nu opvoert, zijn radicaler, politieker en tegelijk erg persoonlijk. Het persoonlijke is politiek, vandaag meer dan ooit. In Identity Map/Hate Speech geeft hij zichzelf letterlijk en figuurlijk bloot aan het publiek. Na hen zijn persoonlijke conflicten toe te vertrouwen, vraagt hij om de grootste belediging die ze kunnen bedenken op zijn lichaam te kalken. Vervolgens roept hij de toeschouwers op hun verantwoordelijkheid te nemen: scheldwoorden die ze zelf al gebruikten, moeten ze met een dun mesje in zijn lichaam kerven.

 

Van de katholieke activisten die deze ‘immorele’ opvoering planden te dwarsbomen, is geen spoor. Toen een vriend hem de dag voordien daarvoor had gewaarschuwd, had Anton zijn schouders opgehaald. ‘Voor het eerst met de dood bedreigd worden, dat was eng, ja. Maar nu… Zelfs wanneer ik met mijn stukken naar de frontlijn trek, voel ik niets, terwijl ik daar toch al heftige dingen gezien heb. Het is eigenaardig hoe snel angst went.’

 

Identity Map/Hate Speech bracht Romanov voor de eerste keer naar Europa, een ontnuchtering. ‘Ik had een geïdealiseerd beeld van het leven in de Europese Unie. Maar eenmaal ter plaatse stelde ik vast dat ook daar vreemdelingenhaat en homofobie is, de laatste jaren steeds meer. Al loopt het geweld tegen andersgeaarden er nog niet zo uit de hand als in Oekraïne.’

 

Zelf zou hij maar wat graag trouwen met zijn vriend Sasha. Het is hun droom samen oud te worden in een schattig landhuisje op de Krim – de Oekraïense Krim, weliswaar. ‘Kiev voelt niet als thuis. Vroeg of laat houdt de bezetting op, en keren wij terug naar huis.’

 

Sovjetromantiek

 

Ook Masja gelooft, ondanks de belabberde economische situatie in Kiev, in vernieuwing. ‘Europa is te perfect voor mij: Londen en Parijs zijn allang helemaal af. Veel kunstenaars en vrije zielen uit West-Europa zijn op zoek naar iets nieuws. En dat lijken ze hier, in de post-Sovjetlanden, te vinden.’

 

Ze neemt me mee naar de markt van Lesnaya. Op de linkeroever van de Dnjepr, een dik halfuur vanuit het centrum met de luid ratelende ondergrondse, bevindt zich een chaotische bazaar waar je een echte Versace op de kop kunt tikken voor nog geen 60 grivna (2 euro). ‘Vrienden uit de mode-industrie die mij bezoeken, komen hier altijd een lege koffer vullen’, vertelt Masja, terwijl ze in de hopen tweedehands kleren naar inspirerende stoffen graaft. ‘Alles is hier rauwer. De sporen van de Sovjettijd zijn nog duidelijk zichtbaar in het straatbeeld. Toen wij kinderen waren, zagen wij weinig romantiek in die hele Sovjetesthetiek, maar West-Europeanen zijn erdoor gefascineerd. Hun enthousiasme voor Oekraïne maakt mij trots.’

 

 

 

Gelijktijdig met de buitenlandse interesse ontwikkelde ook de clubscene in Kiev zich de voorbije jaren in sneltempo. De stad met ooit ‘enkel clubs voor daddies en gangsters’, zoals Jana het verwoordt, geldt vandaag als Europa’s meest gehypete rave capital.

 

Exotisme

 

Jana maakt zich samen met enkele vrienden op voor Otel’, de club waar ze resident-dj is op de Osnova-feesten die haar vriendin en agent Masja er organiseert. Vanavond staan er, zoals meestal, enkel Oekraïense namen op de affiche.

 

Iets voor middernacht loopt het industriële domein aan de Nizjnojoerkivska-straat langzaam vol met goed geklede jongeren die al rokend overleggen waar ze vannacht heen zullen gaan. Behalve Otel’ zijn er Mezzanine en Closer, clubs die vijf jaar geleden nog niet bestonden.

 

‘Het is moeilijk om een nieuwe club te openen én draaiende te houden in Kiev: de overheid ondersteunt het niet en raves zijn niet erg geliefd bij vastgoedeigenaars’, legt Jana’s vriendin en agent Masja (29) uit.

 

‘Maar vergeleken met Rusland is de overheid best tolerant tegenover ravers’, vult Jana aan. ‘In Rusland kan de politie op elk moment binnenvallen om het feest plat te leggen. Hier heeft Porosjenko een wet ingevoerd die zulke raids verbiedt.’

 

De wet kwam er als reactie op een inval in de ter ziele gegane club Jugendhub vorige zomer, waarbij speciale eenheden behalve naar drugs ook dienstontlopers zochten. Sinds de start van de oorlog geldt voor alle Oekraïense mannen van boven de 18 jaar die niet studeren opnieuw militaire dienstplicht. ‘De overheid heeft gelukkig begrepen dat jonge mensen het nodig hebben om af en toe wat stoom af te laten’, zegt Masja.

 

Een schijnbaar verdwaalde Liverpoolsupporter tikt haar ruw op de schouder. De finale van de Champions League bracht hem voor het eerst in Kiev, legt hij met dubbele tong uit. Of ze weet waar hij zich hier het best kan amuseren. Ze verwijst hem vriendelijk door. ‘Het is goed dat Oekraïne internationaal meer aandacht krijgt. Daardoor krijgen onze dj’s meer volgers, en ik nieuwe klanten.’ Masja wacht, denkt even na, krabt met een lange, zwartgelakte nagel in haar korte bob. ‘Tegelijk leeft de perceptie van Oekraïne als een goedkoop land vol gekke mensen nog erg. Maar wij zijn helemaal geen zoo voor westerlingen.’

 

Een titel als ‘het nieuwe Berlijn’ zegt dan ook meer over de exotische aantrekkingskracht die de stad uitoefent op westerse toeristen dan over Kiev zelf.

 

Volgens kunstenaar Vova is zo’n geromantiseerd exotisme niet zonder gevaar. ‘Veel kids hier surfen mee op die post-Sovjetfetisj van het Westen, en idealiseren een esthetiek waarvan ze geen flauw benul hebben waar die echt voor stond.’

 

Over de plaats van Oekraïne in de Europese Unie is hij anno 2018 onzeker. ‘De EU heeft tot nog toe niet bijzonder veel moeite gedaan om Oekraïne te helpen. Soms wordt Kiev bezocht door een paar bureaucraten uit Brussel, maar daar blijft het meestal bij. Oekraïne is geen ontwikkelingsland dat door de EU gered moet worden – dat is een heel fout post-Koude-Oorlogperspectief. En trouwens, de EU kampt op dit moment met een gigantische identiteitscrisis. Is het dan aan jullie om ons te vertellen hoe het moet? Misschien kan Europa wel iets van Oekraïne leren.’

 

Op het Maidanplein zijn vijf jaar na de protesten de meeste Europavlaggen van stok gehaald. Op de gevel van het statige Vakbondshuis prijkt nu een gigantische banner met een tekening van een zware ketting waarvan de laatste schakel openbreekt. Daarboven in blokletters: ‘Freedom is our religion‘.